Op 6 juli 2007 werd op de oude website van Lux et Libertas het onderstaande artikel gepubliceerd. Bij deze de herpublicatie.
In Trouw staat vandaag een artikel van Jelle Brandt Corstius over de Grote Terreur onder Jozef Stalin. Deze terreurcampagne begon officieus in 1934, toen de Leningradse partijfunctionaris Sergej Kirov werd vermoord. Stalin greep die gebeurtenis aan voor een grootschalige slachting onder de bevolking van de Sovjet-Unie. Aanvankelijk waren de slachtoffers vooral politieke figuren, zoals Grigori Zinovjev en Lev Kamenev. Dat veranderde toen Stalin in 1936 Genrich Jagoda — de directeur van NKVD (de voorloper van de binnenlandse veiligheidsdienst KGB) — verving door Nikolai Jezjov:
Onder Jezjov verbreedde de groep verdachten zich in feite tot de hele bevolking van de Sovjet-Unie. Elke Sovjetrepubliek kreeg een quotum opgelegd van te berechten mensen; nu was niemand veilig meer. Trojka’s – drietallen van NKVD-officieren – werden alle hoeken van het land ingestuurd om te ’berechten’ en te executeren, kinderen kregen een beloning als zij hun ouders verklikten.In zijn artikel beschrijft Brandt Corstius overigens wat met de nu 66-jarige Jevgeni Sirotinin en zijn familie gebeurde. Zijn grootvader werd geëxecuteerd, zijn vader stierf van de honger in een kamp in Kazachstan en Jevgeni zelf werd samen met zijn moeder naar Kazachstan gedeporteerd. Daar woonden moeder en zoon twaalf jaar in een barak met een aantal andere gedeporteerde families. Uiteindelijk wisten zij in 1953, kort na de dood van Stalin, naar Moskou terug te keren. Het familiegeschiedenis van Sirotinin is typerend voor de terreur onder Stalin:
Trotskisme, spionage voor kapitalistische landen, sabotage: de lijst van verzonnen beschuldigingen werd almaar langer en absurder. Esperantolezers, sporters die deelnamen aan internationale competities en postzegelverzamelaars werden als verraders bestempeld. Eén man werd gearresteerd omdat hij de broer was van de vrouw die dagelijks de melk kwam brengen bij de Duitse consul, een andere man omdat hij had gezegd dat het Fins meer naamvallen had dan het Russisch.
’Eén dode is een tragedie. Een miljoen doden is een statistisch gegeven’, zei Stalin ooit. In het monumentale werk The Great Terror komt historicus Robert Conquest tot een totaal van 17 à 18 miljoen doden. Tel daar de slachtoffers van de collectivisatie, de hongersnood, en de terreur onder Beria bij op, dan komt het totaal aantal doden op 40 miljoen.De misdaden die onder het regime van Stalin plaatsvonden waren in 1953 — toen Stalin overleed — al jarenlang in het Westen bekend, al wilden veel Westerse communisten deze misdaden niet geloven.
En terwijl in elk gehucht wel een monument staat voor de gevallenen van de Tweede Wereldoorlog - in het Russisch de Grote Vaderlandse Oorlog genoemd - moeten de slachtoffers van de politieke repressie onder het communistische regime het doen met een enkele zwerfkei, op het plein voor het hoofdkantoor van de vroegere KGB.
In de jaren zeventig van de vorige eeuw was er in het Westen zo veel betrouwbare informatie over de misdaden die onder Stalin hadden plaatsgevonden, dat zelfs veel communisten niet graag aan Stalin herinnerd wilden worden. Dat gold echter niet voor Daan Monjé en consorten. Monjé richtte samen met onder meer Koos van Zomeren in 1971 de Kommunistische Partij Nederland/Marxisties Leninisties op (de fonetische spelling — bijvoorbeeld "socialisties" in plaats van "socialistisch" — was toen populair in linkse kringen). Een jaar later werd de naam van de partij veranderd in Socialistiese Partij (tegenwoordig Socialistische Partij), omdat die naam wat gematigder over kwam. De ideologie bleef echter onveranderd communistisch, met als grote voorbeeld de Chinese massamoordenaar Mao Tse-tung (die onder apparatsjiks van de Socialistische Partij overigens nog steeds populair is, zo bleek recent). De bewondering voor Mao betekende echter niet dat Stalin door de lieden van de SP niet werd vereerd. Tot 1977 werden de lezers van het partijblad De Tribune maandelijks getrakteerd op redactionele aansporingen om Stalin-klassiekers als Over het dialectisch en historisch materialisme en Over de partij bij de SP te bestellen. Tot en met 1974 was zelfs het hoofd van Stalin (samen met de hoofden van Marx, Engels, Lenin en Mao) verwerkt in het logo van het blad.
Een van de vaste lezers van De Tribune destijds was Jan Marijnissen, die begin jaren zeventig lid van de SP was geworden. Hij zou er goed aan doen het eerder genoemde boek The Great Terror van de historicus Conquest te lezen en zijn politieke standpunten in de jaren zeventig van de vorige eeuw te overdenken.
_____