Posts tonen met het label MLCN. Alle posts tonen
Posts tonen met het label MLCN. Alle posts tonen

dinsdag 13 juli 2010

Derk Sauer beschuldigd van plagiaat

.
In Elsevier stond vorige week een artikel over Derk Sauer, prominent SP-lid en mede-eigenaar van NRC Handelsblad en nrc.next. Als bewonderaar van de Chinese massamoordenaar Mao Zedong werd hij in 1968 lid van het Marxistisch-Leninistisch Centrum Nederland (MLCN) en begin jaren zeventig was hij actief binnen de KEN-ml, de latere SP (een afsplitsing van het MLCN). Enkele jaren later sympathiseerde hij als VPRO-journalist openlijk met de IRA, verantwoordelijk voor bloedige aanslagen waarbij bijna tweeduizend mensen om kwamen.

Deze "jeugdzondes" worden Sauer bij de twee zeer linkse NRC-kranten overigens niet kwalijk genomen. Sinds zijn overname van NRC Media waren er weliswaar wat problemen, maar dat waren machtsspelletjes die niets te maken hadden met zijn gedweep met Mao en zijn sympathie voor de IRA.

Derk Sauer is tegenwoordig overigens multimiljonair (net als zijn kameraad Harry de Winter). Hij werd in de jaren negentig namelijk schatrijk in Rusland, als uitgever van onder meer The Moscow Times. Over die tijd staat een opvallende passage in het eerder genoemde artikel in Elsevier (10 juli 2010):

'Zevenhonderd dollar per maand kreeg ik,' zegt een ex-redactrice van The Moscow Times. 'En een column die ik voor de krant schreef over mijn ervaringen in Moskou, bleek enkele dagen later onder Derks naam in Het Parool te staan. Zo was hij ook wel weer.'

Indien dit waar is, heeft Derk Sauer zich schuldig gemaakt aan plagiaat. Een journalistieke doodzonde. Echter niet bij NRC. Daar werd plagiaat door Robert van der Roer immers door de vingers gezien. Ook worden in NRC Handelsblad en nrc.next regelmatig artikelen van Mohammed Benzakour gepubliceerd, een troetelmarokkaan die in 2003 vanwege plagiaat werd ontslagen door de Volkskrant.

_____

dinsdag 11 mei 2010

Daan Monjé & Jan Marijnissen

Geschiedvervalsing was altijd al een geliefde bezigheid van socialisten en communisten. Zo liet Jozef Stalin tal van foto's bewerken zodat daarop ineens bepaalde personen verdwenen. Het hoeft dan ook niemand te verbazen dat de voormalige Stalin-vereerders van de Socialistische Partij niet vies zijn van geschiedvervalsing. Dat blijkt bijvoorbeeld uit een recent artikel in HP/De Tijd over de "Socialistiese Partij" (fonetische spelling, vroeger populair bij de SP). De partij wil namelijk niets meer weten van haar voormalig boegbeeld Daan Monjé. Een passage uit het betreffende artikel van Roelof Bouwman (30 april 2010): 

(...) toen Andere Tijden in 2001, vijftien jaar na zijn overlijden, een uitzending over Monjé maakte, weigerde Jan Marijnissen zijn medewerking. Monjé, zo liet hij de redactie van het programma per e-mail weten, was 'helemaal niet zo belangrijk geweest' voor de SP. Ook in het ruim 1700 woorden tellende artikel dat op de SP-internetsite aan de geschiedenis van de partij wordt gewijd, komt Monjé geen enkele keer voor. Vreemd. Want de Rotterdamse ex-CPN'er Monjé stond in 1964 aan de wieg van de eerste voorloper van de SP, het Marxistisch-Leninistisch Centrum, en tot zijn dood in 1968 leidde hij 'zijn' Socialistiese Partij met straffe hand, als betrof het een eenmanszaak. Niet voor niets werd de SP wel getypeerd als de club van 'Daan en zijn onderdanen'. Maar belangrijker nog: aan Monjé en alléén aan Monjé is het te danken dat de SP zich begin jaren zeventig op een cruciaal punt ging onderscheiden van alle andere splintergroepen ter linkerzijde van de CPN. De SP werd dankzij Monjé namelijk een partij met geld - véél geld. 

Dat geld kwam voor een deel van de communistische Volksrepubliek China. In 2001 besteedde het eerder genoemde televisie-programma Andere Tijden er al eens aandacht aan. Roelof Bouwman is in zijn artikel echter nog wat specifieker over de financiële steun uit China. Daan Monjé had volgens Bouwman goede contacten met de Chinese communisten. Op uitnodiging van de Chinese ambassade in Den Haag bezocht Monjé in 1965 en 1967 de Volksrepubliek China. Tijdens het tweede bezoek werd Daan Monjé zelfs benoemd tot erelid van de Rode Garde, die tijdens de Culturele Revolutie (1966-1976) honderdduizenden Chinezen de dood injoeg. 

In 1971 bracht Daan Monjé een derde bezoek aan China, samen met zijn kameraden Nico Schrevel en Toos Jamin. De drie werden 'vorstelijk onthaald', zo vertelde Jamin jaren later aan Vrij Nederland. De splinterpartij van de drie Nederlanders was een jaar eerder overigens van Marxistisch-Leninistisch Centrum Nederland (MLCN) omgedoopt in KEN-ml: Kommunistiese Eenheidsbeweging Nederland (marxisties-leninisties). De Chinezen besloten de KEN-ml, waaruit later de SP zou voortkomen, met een gigantisch geldbedrag te steunen. Roelof Bouwman schrijft daarover het volgende: 

Het betrof een gift van om en nabij de 400.000 gulden, zo onthulden Monjés oud-partijgenoten Gerrit Kolthof en Wouter ter Braake in 1999 in NRC Handelsblad. In 2005 werd hun relaas in een doctoraalscriptie geschiedenis van VU-student Wouter Beekers onderschreven door voormalig BVD-functionaris Frits Hoekstra. Het geld - dat werd uitbetaald in dollars - moest enkele weken na het bezoek aan Peking worden opgehaald in de haven van Kopenhagen. Waarna de biljetten, zo vertelde ter Braake in 1999, door Monjé werden bewaard op het partijbureau, 'in het vriesvak van de koelkast'. "Daar heeft de SP nog jaren van geprofiteerd."

Volgens Jan Marijnissen was Daan Monjé echter, zoals hierboven beschreven, "helemaal niet zo belangrijk geweest". Dat is toch wel een heel opmerkelijke bewering. Is het ego van Marijnissen soms zo groot dat hij geen andere grote namen in de officiële SP-geschiedschrijving duldt? Of wil Marijnissen niet herinnerd worden aan de financiële steun door een van de meest moorddadige regimes uit de twintigste eeuw? Opvallend dat nooit een parlementair journalist hem daarover serieus aan de tand heeft gevoeld. 

_____